215

 

maandag 13 november

Kruishulp tegen Huub: "En kunt u de pijn er een beetje onder houden, meneer?"

(meer)


 214

 

zondagavond 12 november

Om elf uur, zijn zus is net weg, meldt zich de nachtzuster. Jemig, alweer een andere.

(meer)


 213

 

zondagavond 12 november

Aan mijn vragen aan de dokter kom ik niet toe door al die handenarbeid en het operatiezustertje spelen. Maar ze doen ook niet ter zake, eigenlijk.

(meer)


 212

 

zondagmiddag 12 november

De huisarts komt de rust verstoren. Ik ben blij dat hij er is.

(meer)


 211

 

zondagmiddag 12 november

Drie uur. Ik steek de openhaard aan. Huub wilde graag op de bank liggen en slaapt weer.

(meer)


 210

 

zondag 12 november

"Is het voor jou nog vol te houden, Huub?" "Net", zegt hij.

(meer)


 209

 

zondag 12 november

Huub stinkt en ik moet hem echt helemaal wassen.

(meer)


 208

 

zondag 12 november

Ik hoop dat de huisarts het met me eens is dat het infuus opnieuw zetten eigenlijk gemeen is. Het grote wegglijden is denk ik nu echt in gang gezet.

(meer)


 207

 

zondag 12 november

He, wat een lekkere nacht. Maar deze nachtzuster is wel een hopeloze klets.

(meer)


 206

 

zaterdagavond 11 november

Ha, er is een heel A-team in aantocht. Een sondespecialist, een extra specialist uit de nachtzorg (voor het geval het vannacht nog een keer moet), de huisarts. En allemaal zeggen ze: "Maar Huub moet het wel zelf willen, anders lukt het niet." Ik denk dat hij wel wil. Bidden Alma!

(meer)


 205

 

zaterdagavond 11 november

Ik ben radeloos. Huub wordt steeds zieker, maar wil nu definitief geen maagsonde meer, zegt hij.

(meer)


 204

 

zaterdagavond 11 november

Ik bel om een wijkhulp. Er komt een gebroken Nederlands sprekende mevrouw. Ik versta haar niet goed, ben daar ook te moe voor en vind dat lastig. Bovendien praat ze maar door in een hoog tempo en ik heb gewoon geen energie meer daarvoor.

(meer)


 203

 

zaterdagmiddag 11 november

Ik zou boodschappen moeten (laten) halen. Het is zaterdag en er zijn veel dingen gewoon op.

(meer)


 202

 

zaterdagmiddag 11 november

Het is nu vier uur 's middags.
Een tussenstand:

(meer)


 201

 

zaterdagmiddag 11 november

"Je moet niet gaan zitten wachten op de dood, Alma", zei de huisarts gisteren. "Leef het leven, elke dag, doe zoveel mogelijk wat je anders ook zou doen."

(meer)


 200

 

zaterdagmiddag 11 november

Als hij echt geen sonde meer wil, heb ik nu al te doen met de nachtzuster van vanavond. En met mezelf. En met hem. Want dat wordt dus letterlijk nachtbraken.

(meer)


 199

 

zaterdag 11 november

Ik vertel de huisarts van de nachthulp die ik heb ingeschakeld. "Zie je, ik luister wel naar je", zeg ik. Hij lacht. Leuke man, goed contact, ik leun op hem. Morgen komt hij terug.

(meer)


 198

 

zaterdag 11 november

Tussendoor nog twee van die gigantische braakaanvallen. Ze matten hem zo af.

(meer)


 197

 

zaterdag 11 november

Zo'n professionele nachtwacht is een uitvinding. Zij installeerde zich, na een kennismakings- en inwerkgesprek in de keuken, in de relaxstoel naast Huub's bed. Ik installeerde me op de bank. Slapen! Een hele nacht slapen! Het gewoon over kunnen laten aan een nachtzuster!

(meer)


 196

 

vrijdagavond 10 november

"Huub, luister eens, mijn vriendin is hier en ik ga even met haar kletsen in de keuken. Is dat goed?" "Doe maar en geniet er maar van", zegt hij.

(meer)


 195

 

vrijdag 10 november

Pas om zes uur moet hij, na een kopje thee, voor het eerst overgeven.

(meer)


 194

 

vrijdag 10 november

Ik heb wel veel moeite met deze omslag, dit besluit van Huub: geen infuus meer, geen sonde meer.

(meer)


 193

 

vrijdag 10 november

Dan slaapt hij weer. Wordt weer wakker, loopt leunend op mijn schouder naar de wc. Zegt in de gang: "Waarvoor zijn we ook al weer hier?" en begint zelf onbedaarlijk te lachen.

(meer)


 192

 

vrijdag 10 november

De huisarts komt om twaalf uur. Huub wordt wakker en geeft hem en mij plechtig een hand. "Dag meneer en dag mevrouw", zegt hij. Morfine of grapje?

(meer)


 191

 

vrijdag 10 november

Terug op de bank houdt Huub een heel referaat over welke dag het volgens hem moet zijn.

(meer)


 190

 

vrijdag 10 november

Om tien voor tien wordt Huub wakker. Ik vraag hem of hij weet wat er is gebeurd vannacht. Dat hij zelf zijn sonde eruit heeft gehaald.

(meer)


 189

 

vrijdag 10 november

Er drijven heel mooie witte wolken in een strakblauwe lucht. In het oosten is het oranjeroze. Huub ligt volkomen ontspannen en met een intens tevreden trek op zijn gezicht te slapen.

(meer)


 188

 

vrijdag 10 november

Gisteren (herinner ik me nu pas weer):

(meer)


 187

 

donderdagnacht 9 november

Om zes uur 's ochtends maakt Bart me wakker met de verbijsterende mededeling dat Huub zelf zijn maagsonde er weer uit heeft getrokken. Hè? Wat? Ik begrijp er niets van, denk eerst nog dat Bart een grap met me uithaalt.

(meer)


 186

 

donderdagnacht 9 november

Ik schrijf alles van vandaag wel rommelig op, zie ik.

(meer)


 185

 

donderdagnacht 9 november

Als de kruishulp het infuus weer heeft verwisseld, maken we grappen. "Huub helemaal in het nieuw. Nieuwe sonde, nieuw infuus." Hij valt meteen weer in slaap.
Ik heb het wel even gehad. Ruim de rommel op en bid dat dit het wel even was voor vandaag.

(meer)